Het niet verwerkte historische seksueel misbruik
Is de recent goedgekeurde resolutie van het Vlaams Parlement betreffende de erkenning van slachtoffers van historisch geweld en misbruik in jeugd- en onderwijsinstellingen in Vlaanderen en het omgaan met geweld in het algemeen wel zo ondubbelzinnig als minister Jo Vandeurzen (CD&V) laat uitschijnen? Het is in elk geval zijn intentie, hoop ik. Zo bedoelden het wellicht ook de leden van het experten-panel dat hij hiervoor aanstelde. Toch zal op 22 april wanneer het Vlaams Parlement officieel zijn excuses uitspreekt voor het historische seksuele geweld op kinderen het historisch geweld en seksueel misbruik door priesters en religieuzen hiervan expliciet uitgesloten worden. “Voor alle duidelijkheid: het gaat om slachtoffers van seksueel misbruik buiten de Kerk, over zaken die zich afspeelden in de Vlaamse welzijns- of onderwijsinstellingen” (DS 16/4/2014).
Deze uitspraak doet mij spontaan terugdenken aan de zomer van 2010. Na de zaak Vangheluwe en na de start van Operatie Kelk besloten wij als Werkgroep Mensenrechten in de Kerk, die op dat moment 450 slachtoffers van seksueel misbruik in de Kerk groepeerde, elke politieke fractie aan te spreken om hen te overtuigen een Parlementaire Onderzoekscommissie betreffende dat historische seksueel misbruik op te starten. Na wat lobbywerk stemden wonder bij wonder alle politiek fracties, zowel Frans- als Nederlandstaligen er mee in. Toch ging dat feestje niet door. CD&V ging moeilijk doen. Vooral door de inbreng van de toenmalige CD&V senator Rik Torfs werd het voorstel van Renaat Landuyt (SP.a) dat werd aanvaard door alle andere fracties uiteindelijk afgezwakt van ‘Parlementaire Onderzoekscommissie’ naar ‘Parlementaire Commissie’. Zo moesten de verklaring niet onder ede worden afgelegd.
Ondanks dit gebrek heeft de Parlementaire Commissie seksueel misbruik goed werk geleverd. Arbitrage en Opvangpunten werden opgericht. Ondertussen zijn al meer dan de helft van over de duizend dossiers van Arbitrage en van de bisschoppelijke opvangpunten afgehandeld en zijn de slachtoffers erkend. Maar niet alle slachtoffers wilden of durven de stap naar erkenning zetten. Van de meer dan 850 personen die contact met ons opnamen durfden maar de helft écht de stap te zetten naar Arbitrage of naar een bisschoppelijk opvangpunt. Bovendien, zovele verhalen van seksueel misbruik door niet-priesters of niet-religieuzen kregen geen kans.
In de Parlementaire Commissie hebben wij aangekaart dat het niet kon dat bv. een slachtoffer van seksueel misbruik door een pater wél erkenning zou krijgen en dat een ander slachtoffer uit diezelfde school, die door een leraar die geen pater of priester was, misbruikt werd geen erkenning zou krijgen. Toch is er toen spijtig genoeg enkel een regeling uitgewerkt voor slachtoffers van religieuzen en priesters. Ook nu weer wordt die opsplitsing gemaakt. Deze keer niet door het Federale parlement maar door het Vlaamse Parlement.
Wie de historische slachtoffers van Wereldoorlog I wilt herdenken zal toch niet verklaren dat bv. de slachtoffers van de bombardementen van de Forten van Antwerpen of de gesneuvelden in de Westhoek ‘voor alle duidelijk’ niet mee herdacht kunnen worden? Nog pijnlijker wordt het als groepen gesneuvelden helemaal worden uitgesloten van erkenning. Dat minister Jo Vandeurzen in het Vlaams Parlement nu de slachtoffers van het historisch seksueel misbruik erkenning wilt schenken is een stap vooruit naar het in kaart brengen van het historische falen op dat gebied. Maar waarom daar expliciet moet aan toegevoegd worden dat het voor alle duidelijkheid enkel gaat om slachtoffers van seksueel misbruik buiten de kerk wordt door al deze uitgeslotenen ervaren als pijnlijk en discriminerend.
Rik Devillé www.mensenrechtenindekerk.be
“Strijd tegen pedofilie niet prioritair voor Danneels”
30/06/’10 Binnenland Professor pastoraaltheologie Karlijn Demasure, een ontslagnemend lid van de commissie-Adriaenssens, haalt uit naar Godfried Danneels. Volgens haar was de strijd tegen pedofilie in de Kerk helemaal geen prioriteit voor de gepensioneerde aartsbisschop.
Demasure zegt in Knack dat er in ons land zeker 5.000 mensen zijn die in het verleden werden misbruikt door een geestelijke. “Ik heb met daders gesproken, en sommigen noemden zelf spontaan nog tien slachtoffers. Als we de vermenigvuldiging maken, zitten we in totaal aan 5.000 slachtoffers. Het gaat bijna allemaal om mannen.”
De professor kreeg vorige donderdag ook speurders over de vloer. Ze namen dossiers mee die zij mee naar huis had genomen om een ontmoeting met enkele slachtoffers voor te bereiden.
“Ziekelijke fantasie”
Demasure heeft het in het weekblad ook nog over een kaakslag voor het gerecht. “475 kaakslagen zijn het zelfs”, verwijst ze naar het aantal in beslaggenomen dossiers. “Justitie is er nooit in geslaagd wijdverbreid misbruik aan te pakken. Iets wat de commissie-Adriaenssens wel lukte.”
Danneels zou volgens de Vlaamse Werkgroep Mensenrechten in de Kerk zelfs slachtoffers geschoffeerd hebben. De man beweerde in 2000 dat ze de kerk probeerden kapot te maken “en dat er nog duizend dossiers konden aangebracht worden, maar dat hij niet kon weten of ze niet aan een ziekelijke fantasie waren ontsproten.” De woordvoerder van Danneels ontkent het verhaal.
Demasure hoopt alvast dat Danneels snel op drie vragen antwoord geeft. “Is hij zelf met beschuldigde priesters in zijn bisdom naar het gerecht gegaan? Wat heeft hij concreet gedaan om verder misbruik te voorkomen? En is hij als voorzitter van de Bisschoppenconferentie niet ook moreel verantwoordelijk voor de houding van de andere bisschoppen?” Volgens haar staat het echter als een paal boven water dat Danneels in de strijd tegen pedofilie absoluut geen prioriteit zag.
Rik Devillé www.mensenrechtenindekerk.be