Welkom (over pedo’s en vluchtelingen)

arme broeders franciscus
arme broeders franciscus

Enkele regionale omroepen (waaronder de doofpotters van L1) zonden de documentaire ‘de Benno Tapes’ uit. Afgeluisterde gesprekken tussen de gestrafte pedo Benno L. reclassering, therapeuten, en andere betrokkenen. Hij was zelf ook in beeld, klagend met telefoon in de hand, argumenterend, vol zelf beklag dat hij nu meer gevangen was dan in de gevangenis.

Benno wilde graag naar Kerkrade, is dat niet toevallig, ik dacht even dat het klooster van de arme broeders franciscanen te Bleijerheide op de nominatie stond, dat de ‘brür’ uit de dood herrezen waren, uit het donkerbruine graf opgestaan nu de RKK misbruik schandalen zijn verstomd. Benno naast Bulletje hoe mooi had het kunnen wezen of KVP tijden nooit was weggeweest (the good, old brown days). Nee, niet de broeders van Bleijerheide stonden op zijn lijst, noch de conservatieve Duitse priesterbroederschap St Paus Pius X, hun kerk zit vol met beelden van mannen met kindertjes op hun armen, dus een betere plek zou Benno niet kunnen vinden, echter het klooster achter de kerk is dicht getimmerd. Hij mag van mij terug in de maatschappij, welkom Benno maar hoe zit het met die misbruikten die hun hele leven met schaamte en pijn door het leven gaan. De moeite waard voor een documentaire??? Nee, niet wanneer het de RKK betreft dan zijgt het zootje, nu over der rug van een pedo wat aan klanten binding gaan doen typeert deze slappe journalistieke aanpak. Over internaten, zeker het bruine pedo internaat arme broeders Franciscus zwijgt de regionale media…doofpotters.

Klem tussen maatschappelijke onrust en (re)integratie. Hoe doet onze samenleving dat integreren en reïntegreren van mensen die van elders komen of van hier zijn, een grote misstap hebben begaan en weer in de maatschappij willen functioneren. Nu pas werd duidelijk dat hij tijdelijk bij de paters terecht kon, in een klooster net als hondenliefhebster Michelle Martin die ook via de kloosterweg kon terugkeren. Welke paters, orde, klooster Benno in hun midden hadden opgenomen wilde men niet zeggen maar dat het in de buurt van Venray was en bij schapen, nou ja als je een geheimpje wilt bewaren dan zit je goed bij de kerk. Geloof, hoop en liefde in een wereldse houtgreep van een ontwortelde samenleving die zo snel veranderd dat niemand zich er meer thuis voelt. Een nep parlement, een nep samenleving, een nep relatie het is allemaal van deze tijd. Het voelt als een omen, prognosticum, een huiveringwekkend voorteken met een dubbele boodschap

voortekenen
voortekenen

Geïnfecteerd in een verdeelde samenleving: ‘u bent welkom vluchteling‘ en/ of  ‘rot op of ik schop u het land uit‘, ook Benno was een voorloper van dit gevoel, de vluchteling als verkrachter, de pedo in de buurt van speelplaatsen, scholen waar de tokkies in opstand komen en het heft in eigen handen nemen (als het moet). De onrust woekert door, geleidelijk raken mensen bezeten door al deze ontwikkelingen, ontworteling en eigen morele verbasteringen om te zijn…to be or not to be. Niemand is zomaar welkom, soms voor een weekend maar zoals mijn zus zegt als je vis langer dan vier dagen in huis hebt gaat het stinken. Samenwonen is iets voor paters en nonnen wanneer die een ziekte hebben of in God geloven waarmee je alles kunt doen maar niet met de mens…de mens Benno die inmiddels over de grens is gevlucht. Germany, Germany!

En om nog even het geheugen op te frissen wanneer men bij de regionale omroepen nog verlegen zit om de geschiedenis achter de muren van internaten, instellingen voor weeskinderen bijvoorbeeld in de Nieuwenhof Maastricht of pakweg de vroedvrouwenschool Heerlen / Hooghees voor zwangere tiener meisjes….in kaart (beeld) te brengen….of ja, ja lieve kijkbuis kinderen: het jongenspensionaat te Bleijerheide (welkom)!

Die lege stoel in de eetzaal

door Bjorn Thimister en Annelies Hendrikx

Wat hem betreft mogen mogen alle verhalen over kindermisbruik binnen het voormalige jongenspensionaat in Bleijerheide en andere katholieke instituten nu naar buiten komen. Zelf zet Gerrie Schobben (72) uit Heerlen de eerste stap.

Zuipen met Alphons
Zuipen met Alphons

Plots staan ze deze vrijdag oog en oog met broeder Alfons: Luc Kusters (60) en Bert Smeets (58), naar eigen zeggen slachtoffers van seksueel misbruik door geestelijken in het jongenspensionaat St. Maria ter Engelen in Bleijerheide. De broeder schrikt enigszins. Hij verwacht deze visite weliswaar, maar kan naar de exacte reden van het bezoek op dat moment alleen gissen.
Al vrij snel gaat bij hem een lampje branden, zo blijkt in zijn kantoor van Groepsaccommodatie Home Franck in het Belgische grensplaatsje Gemmenich. “Ik denk dat ik wel weet waar het over gaat”, verzucht hij. “Jullie willen het over kindermisbruik binnen de katholieke kerk hebben.”
Het wordt hem meteen moeilijk gemaakt. De confrontatie met gebeurtenissen uit het verleden komt zichtbaar hard bij hem aan. “U kon flink meppen”, houdt Bert Smeets Schobben voor, die overigens van geen ontsnappen wil weten. Al staat de Heerlense geestelijke er wel op dat hij eerst alleen met Kusters en Smeets kan praten.
Daarna volgt al snel de eerste ontboezeming: ja, de broeder heeft zich schuldig gemaakt aan kindermishandeling. “Ik voelde me politieagent en opvoeder in een hechte, gesloten wereld. Je moest soms hard optreden. Ik geef toe dat ik vaker geslagen heb.”
Ook wist hij van seksueel misbruik door geestelijken binnen de kloostermuren van St. Maria ter Engelen, zo zegt de Heerlenaar dan. Toen hij er zat als jongen gonsden de verhalen al rond. “We wisten wie zijn vingers niet kon thuis houden. Daar spraken we als jongens onderling wel over. Zelf ben ik niet misbruikt.”
Ook later, inmiddels werkzaam in het internaat als broeder Alfons, ving Schobben gefluisterde verhalen op. Zoals over die collegabroeder uit de ziekenzaal die ‘dingen met kinderen deed’.

“Plots werd hij weggestuurd.”
Broeder Alfons ziet het nog voor zich als de dag van gisteren: die lege broederstoelen in de eetzaal van het jongenspensionaat. Weer was er een collegabroeder spoorslags vertrokken. Opnieuw gingen alle alarmbellen bij de Heerlenaar rinkelen. Waarom er wederom een stoel leeg was wist hij niet zeker, maar een sterk vermoeden had de geestelijke wel. “Dat had met kindermisbruik te maken, dat denk ik nu nog steeds. Let op: concrete bewijzen heb ik niet, maar die heeft niemand. We wisten feitelijk dat het gebeurde, maar iedereen hield zijn mond dicht”, zegt Schobben. “Dat moest ook van hogerhand. We hadden een spreekverbod. Bovendien leefden we toen in een wereld die heel erg gesloten was. Het was zelfs niet de bedoeling dat je door een raam naar buiten keek. ‘Niet naar de boze buitenwereld kijken’, zei een andere broeder dan tegen mij en trok me weg.”
Broeder Alfons heeft al meer gezegd dan hij ooit had kunnen bevroeden. Het lucht hem wel op, geeft hij toe. “Van mij mag nu alles aan naar buiten komen. Ik ben niet meer de kloosterling van vroeger. Toen had ik meer respect voor de katholieke kerk, die mij nu niet meer zo aanspreekt. Ik verwacht niet meer zo veel van de kerk. Wel houd ik me nog altijd aan het celibaat.”
Kort na het vertrek van Smeets en Kusters breekt broeder Alfons helemaal. De vraag is of hij zich schaamt voor zijn vroegere zwijgzaamheid. De broeder buigt zijn hoofd en zucht een paar keer diep. Een bevestigend knikje, gevolgd door het hoge woord. “Ik schaam me inderdaad kapot tegenover slachtoffers als Bert en Luc. Nooit heb ik iets gezegd hierover, nooit iets ondernomen.”