Vrijheid van godsdienst.. onvrijheid van denken

Het schandaal van kerkelijk machtsmisbruik is pas mogelijk geweest omdat de Kerk van de politiek de vrije hand kreeg voor het vormen van een staat in de Staat, met alle gevolgen van dien voor generaties kinderen. Er wordt nu nog steeds op geen enkele manier nagedacht over de fouten in de democratische controlemechanismen die tot het misbruikschandaal hebben geleid.

Politieke partijen weigeren na te denken over de vrijheid van godsdienst. De scheiding tussen kerk en staat is mede verantwoordelijk voor de uitbuiting, het geweld/ misbruik schandaal. Tal van overheidsdienaren, artsen, politici hielden te lang rekening met de leer van de kerk.

Men kon castreren, baby’s afpakken, medische experimenten toepassen, en geen OvJ die er een stokje voorstak. En of Deetman dit nu wel of niet in zijn onderzoek op tafel legt, feit is dat deze zaken gebeurden. Dat de kerk dit niet wil onderzoeken is logisch gezien haar reputatie niet verder in haar eigen beerput wil zakken. De klachten die wij bij politie hebben ingediend, daar zwijgen de OvJ’s nog steeds. De Heerlense politie gooit de telefoon op de haak, na het sympathieke gesprek wat ik met twee zedenrechercheurs had. Macht vinden ze daar nog lekkerder dan in Maastricht. Dat er nog een levende broeder van Bleijerheide zou bestaan, is in alle stilte gehuld. Dat van alles op straat ligt, ligt niet alleen aan ons, maar dat zullen wij bij hoorzitting Den Haag 18 April uitleggen.

De brave burger blijft zijn kinderen naar het katholiek onderwijs sturen omdat dat beter zou zijn, een sterk voorbeeld van endoctrinatie. Het enige wat daar gebeurt is dat kinderen het gevoel mee krijgen dat ze wat beter zijn dan de rest en dat respect voor andere overtuigingen niet zo een goed idee is. Wie 70% van het onderwijs laat organiseren door aanhangers van de laatste dictator van West-Europa moet niet verwachten dat de producten van dat onderwijs op de eerste rij zullen staan om de democratie te verdedigen.

 

One thought to “Vrijheid van godsdienst.. onvrijheid van denken”

  1. Bron: Trouw

    Het werkte en het was goedkoop
    Edwin Kreulen − 09/04/12, 15:45

    Katholieke gestichtsartsen, een gelijkgestemde minister, en een fanatieke protestantse arts zorgden ervoor dat castratie in Nederland mogelijk werd, en dertig jaar mogelijk bleef.

    Castratie van een jongen van 21 jaar oud, die door paters was misbruikt: dat onderwerp stond deze week centraal in de hoorzitting waarin Wim Deetman, voorzitter van de commissie die het misbruik in de rooms-katholieke kerk onderzocht, zich verdedigde tegen het verwijt dat hij deze zaak niet verder had onderzocht. In Nederlandse klinieken was castratie toen een uitzonderlijke, maar geaccepteerde behandeling, voerde Deetman aan.

    Castratie vond in Nederland tussen 1938 en 1968 plaats – van mensen in klinieken voor tbr (de voorloper van tbs), in psychiatrische instellingen en ook door chirurgen waar mensen met ‘zedelijke problematiek’ naar verwezen werden. Hoe vaak dat gebeurde? Alleen over de castraties in de tbr-klinieken zijn redelijk betrouwbare cijfers (zie kader).

    Kwam het initiatief om te castreren uit katholieke hoek, of was het een algemeen aanvaarde psychiatrische oplossing? Beide, concludeert Theo van der Meer in zijn onderzoek naar castratie, dat hij zes jaar geleden afsloot. Hij stuitte onder meer op een congres uit 1936 van katholieke gestichtsartsen. Daar werden de voorwaarden geformuleerd zoals die later praktijk zijn geworden.

    Van het nut van castratie waren velen overtuigd in die tijd. De tbr liep nog niet zo lang en de klinieken zaten vol met zedendelinquenten. Behalve arbeidstherapie waren er geen behandelvormen bekend. De klinieken zaten met hun handen in het haar: dure, langdurige opnames die geen effect sorteerden. Tekenend is de arbeidstherapie die een kliniek probeerde te geven op een boerderij: in korte tijd werden daar allerhande seksuele incidenten gemeld, variërend van homoseksuele activiteiten door mannen die daar eerder geen belangstelling voor getoond hadden, tot seks met dieren.

    Er moest iets gebeuren. Maar in het verzuilde Nederland van die tijd lag castratie lastig. Het idee om te castreren kwam voort uit de eugenetica, de wetenschap gericht op het verbeteren van het ras. In die stroming draaide castratie vooral om het onvruchtbaar maken, zedendelinquenten moesten zich niet voortplanten.

    In de katholieke kerk, en zeker in Rome, was deze eugenetica zeer onwelkom. Als de mens al verbeterd moest worden, was dat aan God en niet aan de mens. Katholieke theologen volgden nog wel Thomas van Aquino’s redenering dat, wie een misdaad niet goed kon maken met het afgeven van goederen, lichamelijk gestraft kon worden. Maar dat idee van straf lag weer slecht bij de neutrale zuil: lijfstraffen behoorden juist tot het verleden.

    De protestanten speelden in dit verhaal niet echt een rol. Daar waren hooguit geluiden hoorbaar als: is castratie wel genoeg boetedoening?, vertelt Van der Meer. Velen gingen ervan uit dat het een fluitje van een cent was.”Castratie en sterilisatie werden trouwens vaak door elkaar gehaald, tot op het hoogste niveau van de minister van justitie toe.

    Op dat niveau komen de katholieken weer in beeld, want die leverden voor de oorlog de ministers die zouden besluiten over castratie. Was de ene nog fel tegenstander, zijn opvolger voerde het compromis in zoals de gestichtsartsen dat eerder hadden geformuleerd. In 1938 bepaalde minister Goseling dat castratie geen straf was en ook geen rassenverbetering, maar een therapeutische methode die men alleen vrijwillig kon ondergaan.

    Die vrijwilligheid was gestoeld op ervaringen in Duitsland met oorlogsveteranen die tegen hun wil gecastreerd moesten worden vanwege hun verwondingen en die vaak verbitterd werden – en niet de brave burgers die men in Nederland graag uit de tbr-klinieken zag vertrekken. Maar ook, omdat een verplichte castratie gezien kon worden als straf.

    Die vrijwilligheid was betrekkelijk, constateert Van der Meer. Sommige klinieken leverden een standaardbrief die de mensen nog even moesten ondertekenen. Ze hadden vaak geen idee wat hun te wachten stond. De meeste gecastreerden waren wat we nu ‘zwakbegaafd’ noemen. Hun werd voorgehouden dat de ingreep de kans zou vergroten dat ze snel de kliniek zouden mogen verlaten. Het was in hoge mate een schijn-vrijwilligheid, zegt Van der Meer.

    De voorstanders van castratie zagen hun gelijk bevestigd in de cijfers: de recidive van zedendelinquenten daalde sterk onder de groep gecastreerden. Daders van seks met meisjes en jongens zaten hieronder, maar ook mannen die seks hadden gehad met volwassen mannen; pedofilie en homoseksualiteit werden in die tijd op één hoop gegooid. Van de mannen die in de eerste tien jaar werden gecastreerd omdat ze seks met mannen hadden, zou slechts 20 procent nu pedofiel worden genoemd. Het pleidooi van seksuologen om mannen die vrijwillig seks hadden met andere meerderjarige mannen uit te sluiten van castratie werd nauwelijks gehoord.

    Met enkele onderbrekingen bleef castratie mogelijk tijdens de oorlog en daarna. Een aantal artsen was zeer actief. Onder hen geneesheer-directeur A. Palies van tbr-kliniek Veldzicht in Avereest. Deze protestantse arts werd de grootste pleitbezorger van castratie. Hij stuurde bij een aanvraag brieven waarin hij wees op de kostenbesparingen: de ingreep voorkwam vaak een lange opname.

    Voor Palies stond homosekualiteit gelijk aan hyperseksualiteit. Die laatste diagnose werd vaak gesteld bij de tbr-patiënten. Palies merkte zelfs op dat castratie niet alleen zedendelinquenten zo rustig maakte. Hij zou later vanwege dit doorgeschoten enthousiasme door de minister uitgerangeerd worden.

    Want de politiek probeerde wel op te letten. Ook al zou castratie honderden keren in tbr-klinieken plaatsvinden en een onbekend aantal keer in andere instellingen, het mocht alleen als iets anders niet hielp, zo was het beleid. Castratie van mannen onder de 25 jaar mocht hoe dan ook niet: dat zou de patiënt in zijn ontwikkeling kunnen schaden. Alleen al daarom verbaast Van der Meer zich over de castratie van de 21-jarige jongen in de jaren vijftig in Harreveld, waarover de Kamer met Deetman sprak. In dat geval zijn alle medische voorschriften aan de laars gelapt.

    De jongeman had aangifte gedaan van misbruik door paters, maar het kwam niet tot een zaak vanwege onvoldoende bewijs. Het is onduidelijk of hij homoseksueel was (en destijds als zedendelinquent kon worden getypeerd) of dat hij werd behandeld alsof hij de geestelijken had verleid. Van der Meer: “Ik denk dat het uitzoeken van die zaak zeer veel tijd zou vergen.” Hij pleit voor gedegen onderzoek naar de castratiepraktijk ook buiten de tbr-instellingen. Het is goed te weten wat er is gebeurd. Het is ook een onderwerp waarbij je ziet dat zogenaamde wetenschappelijke informatie gebaseerd is op hardnekkige volkswijsheden.

    De castraties zouden relatief laat, in de tweede helft van de jaren zestig van de vorige eeuw, beëindigd worden. Een gevolg van het succes van de opkomende psychotherapie, vermoedt Van der Meer.

    Opvallend genoeg is castratie in andere landen waar de katholieken de boventoon voerden (Zuid-Europa) nooit toegepast. In overwegend protestantse gebieden (Scandinavië, Duitsland) wel. In Nederland waren de katholieken niet in de meerderheid. Er was algemene consensus over, maar de katholieken hebben castratie in ons land vormgegeven, concludeert de historicus.

    13 castraties per jaar
    Op basis van cijfers van het ministerie van justitie schat historicus Theo van der Meer dat er in dertig jaar ruim vierhonderd castraties zijn uitgevoerd in tbr-klinieken. Gemiddeld ging het dus om dertien operaties per jaar.

    Hoeveel van deze ingrepen er daarnaast in de psychiatrie en in ziekenhuizen plaatsvonden, is hem onbekend. Daar is alleen een wilde slag naar te slaan. Die ingrepen zijn er wel geweest. Daarvan getuigen onder meer de klachten die homo-organisatie COC tot in de jaren zestig ontving. Mannen die in contact kwamen met justitie vanwege hun homoseksualiteit, werden door artsen, functionarissen van de reclassering of geestelijken soms met klem gewezen op een oplossing: de castratie.

Reacties zijn gesloten.