Bleekneusjes

Dit is bestemd voor de bleekneusjes, meisjes en jongens, die uit gezinnen kwamen waarvan veelal de moeder tot rust moest komen.

Ik (ondergetekende, schrijver van dit blog) ben in 1960 aangesterkt bij de de zusters franciscanessen te Overbunde, vlakbij Maastricht. Na de dood van mijn vader (politie) op zesjarige leeftijd raakte ik geen eten meer aan, en werd dermate mager dat ik ondervoed tussen honderden schreeuwende, broodmagere bleekneusjes vet gemest moest worden met veel Brinta pap. Bleekneusje was de term die tussen 1883 en 1970 gebruikt werd voor een kind dat door de gevolgen van oorlog, ondervoeding, tuberculose en andere gezondheidsproblemen, in een zogenaamde vakantie- of gezondheidskolonie werd gehuisvest om weer op sterkte te komen, ook mijnwerkers kinderen moeten hun fysieke lot herstellen. De zusters franciscanessen die het kindertehuis bestierden waren oorspronkelijk een Duitse congregatie en moesten, net zoals de broeders van dat andere internaat waarop ik later terecht kwam (Bleijerheide), vluchten vanwege de ‘Kulturkamf’ uit het Duitse Freckenhorst. Op 1 april 1876 verhuisde het hele convent plus meisjespensionaat naar Bunde. In juni 1894 brandde de oude boerderij van Overbunde helemaal uit. Dat was het beginpunt van een nieuwe periode van intense bouwactiviteit. Vanaf 1894 bouwden de zusters achtereenvolgens een nieuwe, grote boerderij, een prachtige neogotische kapel met een torenspits van 56 meter hoog (1895) en een nieuwe meisjesschool (1903).
 Nadat het internaat voor Duitse meisjes in 1920 definitief was gesloten, kreeg Overbunde een bestemming als koloniehuis.

Luminal sporen in het zigeuner zand

Wat in mijn herinnering nooit verloren is gegaan zijn de vechtpartijen, die plaatsvonden tussen één kind en enkele nonnen, plus 1 lieve verpleegster. Zij moesten de explosieve jongen vaak tot bedaren brengen. Deze jongen had een mondharmonica, type Hohner echo die veel in de categorie volksmuziek wordt gebruikt. Hij speelde (beter spuugde) er slechts één lied op, haalde daarbij adem of hij drie minuten onder water werd gehouden en dit lied bleek veelbetekenend voor onze situatie: ‘Lustig is dass zigeuner leben faria faria faria’. Van zigeunerleven was geen sprake want we zaten strikt gebonden aan strakke patronen en strenge regels / de koude blikken van nonnen. Bij het plassen werd gewaakt of je je handen waste, ten strengste verboden om je onttrekken aan deze regel waaronder het gevoel schuilging: ‘het is héél vies hoor als je je piemel net heb vast gehouden, wassen die handen’!

Het nep-zigeuner lied met zijn vele faria’s moesten wij in militaire looppas zingen tijdens de vele groepswandelingen langs het Juliana kanaal of in de bossen gelegen vlak naast bleekneusje internaat Overbunde. Als de jongen iets gevraagd werd en hij luisterde niet meteen dan spraken de nonnen de jongen berispend toe, wekte bij deze jongen een vreselijke woede. Hij wierp zich op de grond, werd steeds kwader, schreeuwde en stampte zolang hij kon. De nonnen snelden van alle kanten toe om de jongen te kalmeren en om onder controle te krijgen. Ze bonden hem vast, en werd buiten de slaapzaal gebracht. Na verloop van tijd bleek de jongen minder woedeaanvallen te krijgen maar ik was nog steeds bang voor deze onbeheerste gast en hield hem nauwlettend in de gaten of hij weer een aanval zou krijgen. In plaats van agressief gedrag vertoonde de jongen een zwalkend loopje, en zijn ogen stonden vreemd, een zwarte blik trof me omdat de jongen ‘geen contact scheen te hebben met zijn omgeving’. Hij liet verder iedereen met rust en soms was hij dagenlang niet aanwezig. Als ik vanuit mijn bedje naar de jongen keek, of hij er lag en / of rustig was, durfde ik pas mijn ogen te sluiten. Ik kan nog steeds zijn vreselijke bewerking van het lied ‘lustig is dass zigeuner leven’, in de uitvoering Hohner met echo terug horen, zou hij Luminal gekregen hebben?

En dan was er nog een telefoontje…..

Bij de Augustinessen in Sittard heeft zuster Goedemans mij misbruikt in een ziekteperiode dat ik een maandlang versuft in bed lag. Ik kon nauwelijks lopen en had geen controle over mijn ledematen, ik voelde mij depressief en liet alles aan me voorbij gaan. Na lezen van ‘de luminal’ berichten, besef ik dat ik weleens gemedicineerd kan zijn door het spierverslappend / kalmeringsmiddel Luminal. Tijdens deze medicatie ben ik misbruikt door zuster Goedemans.

Onderstaande brief kreeg we een tijd terug binnen:

‘Ik wens jullie veel sterkte en hoop dat jullie vele meer meldingen binnen krijgen. En het mag nooit verjaard zijn dit is nog maar een druppel op een gloeiende plaat, als ze de mensen eens eindelijk serieus nemen dan hadden ze het probleem al veel eerder kunnen aanpakken. En dan zijn er ook anderen mensen buiten de kerk om die ook slacht offer zijn van geweld en misbruik er mee gebaat dat er wat aan gedaan word voor die mensen zou ik wel aangifte alleen al willen doen omdat er mensen bij zitten die nooit voor zich zelf kunnen opkomen denk aan verstandelijke beperking gehandicapten enz. Als ze al er uitkomen wat er mee moet gebeuren dan hoop ik dat de daders aangepakt worden’.

Om de causale verbanden niet uit het oog te verliezen!